Revalidatienoden

Revalidatienoden

Als revalidatiecentrum focussen we ons op de revalidatienoden van onze kinderen en jongeren. Deze zijn erg gelijkend, ongeacht hun chronische aandoening, maar ze kunnen verschillen naargelang de leeftijd en/of het niveau van (dys)functioneren van het
kind/jongere of zijn context.

De mogelijke revalidatienoden kunnen zijn:

Verbeteren van eventuele zwakke therapietrouw:

  • Samen opstellen van een haalbaar therapieplan.
  • Inzicht krijgen in de aandoening.
  • Werken aan ‘aanvaarden van de ziekte’.
  • Streven naar een actief en participatief leven ondanks chronische aandoening

Verbeteren van de fysieke conditie of functionele toestand:

  • Voorkomen van achteruitgang.
  • Optimaliseren van voedingstoestand.
  • Aanleren van gezonde levenswijze zowel wat betreft voeding als beweging en psyché.

Herstellen of verbeteren van een eventueel psychosociaal onevenwicht door te werken aan:

  • een beter zelfbeeld,
  • toekomstplannen,
  • zin in het leven.

Ondersteuning en eventueel begeleiding organiseren in geval van een zwakke sociaal-economische status.

De ouders en/of context indien nodig begeleiden zodat ze evolueren naar een betere en meer adequate pedagogische ondersteuning van hun kind met chronische aandoening.

Gezien schoolachterstand en/of –verzuim vaak samen gaat met een chronische aandoening, kan ook het verbeteren ervan één van de revalidatienoden zijn.

In het Zeepreventorium bieden we een ruime multidisciplinaire omkadering voor elk kind en jongere. Het multidisciplinair team bestaat uit: diëtitist, kinesist, psycholoog, logopedist, verpleegkundige, opvoeders, sociaal werker en arts. De teamleden werken zeer intensief samen.

Daarnaast werken we ook aan een sterke interactie met de thuisomgeving. We leggen niet enkel de focus op de aanpak van elk kind en jongere maar ook de context als geheel. Hoe kunnen we de jongere terug oriënteren naar de thuisomgeving in een betere conditie. We werken intensief met de jongere zodat na het verblijf in het Zeepreventorium niet alleen het therapieplan beter opgevolgd wordt, maar dat ook actief participeren aan school en sociaal leven na het verblijf in
het Zeepreventorium goed of in ieder geval beter verlopen. Daarom moet er van bij de start van de opname oog zijn voor een ‘realistische’ terugkeer naar de thuiscontext.  Dit moet op maat zijn van het kind en de jongere zelf, van de thuisomgeving en eventueel met ondersteuning van derden.